Het paren

Wanneer de mannetjes er aan toe zijn te paaien, ontwikkelen ze paaiknobbeltjes op de kaken en de pectorale vinnen. Paaiknobbeltjes zijn kleine bultjes, Ze zitten in rechte lijnen op de pectorale vinnen en voelen ruw aan. Ze worden tijdens het paaien gebruik. Het mannetje duwt met zijn kop tegen het vrouwtje aan om haar aan het paren te krijgen. Het vrouwtje legt tienduizenden eitjes,  het mannetje bevrucht ze daarna pas met zijn homvocht.